• Jaren '70: Groei door Impuls

    Vespa Emanuelson

    Begin jaren 70 kreeg Coen Lammerts, inmiddels senior geworden als gevolg van de geboorte van zoon Coen jr., een tip van mijnheer Beijnvoort, een collega-gymnastiekleraar van hem. In Aalsmeer trainde ene Vespa Emanuelson de plaatselijke basketbalclub en Coen zou dáár eens zijn licht moeten opsteken om hem te vragen eens enkele trainingen te geven voor de vereniging. Vespa was geen onbekende in basketballand, want hij speelde op dat moment Eredivisie-basketbal bij het befaamde Blue Stars uit Amsterdam (voortgekomen uit voetbalclub Blauw Wit).

    De komst van Vespa naar ETO bleek een schot in de roos. Zijn trainingsaanpak en basketbal-inzicht sloeg vrijwel onmiddellijk aan en vele van de huidige oudere (ex-)spelers en (ex-)coaches hebben nog onder Vespa getraind. Nog tot in de beginjaren van 2000 trainde Vespa meerdere teams, totdat een ernstige ziekte hem hiermee dwong te stoppen. Daarnaast ging Vespa ook over als speler en speelde hij jarenlang in het eerste herenteam en maakte als zodanig ook de gehele ITT-periode (zie verderop) als speler mee. Als speler, trainer en coach is Vespa in de jaren 70, 80, 90 en begin jaren 2000 zonder enige twijfel een van de belangrijkste gezichtsbepalers van onze vereniging op en rond het veld geweest en nog steeds spreken veel leden zijn naam met de nodige (en terechte) eerbied uit.

    Frank Kales

    Het eerste Nederlandse basketbal-team dat een grote sponsor kreeg, waren de befaamde Flamingo's uit Haarlem. Toen deze de spijkerbroekenfabrikant Levi's Strauss als sponsor wisten binnen te halen, resulteerde dat in drie achtereenvolgende Nederlandse kampioenschappen (1971, 1972 en 1973) met grote spelers als Hank Smith, Kees Akerboom en Frank Kales. Levi's stopte er daarna mee en terwijl de Flamingo's verder gingen als Buitoni Flamingo's, stapte Frank Kales voor het seizoen 1977/1978 over naar onze vereniging, waarmee hij in datzelfde seizoen de nationale beker wist te winnen na een nipte 69-67 overwinning op het Leidse Nijssen Trotters.

    Kales kon daarna nog jaren als basketballer worden bewonderd, in ieder geval nog tot in het ITT-tijdperk begin jaren 80. Toen hij door zijn werkgever IBM naar Parijs werd overgeplaatst, belette dit hem niet om élk weekend 'gewoon' op en neer van Parijs naar Hoofddorp te reizen en met de heren mee te doen. Op 12 juni 1982 werd Kales als coach van Aspiranten Jongens-A (de tegenwoordige U16) in de Rotterdamse Energiehal Nederlands kampioen met een team, bestaande uit Serge Nijssen, Coen Lammerts jr., Eddie van Roosmalen, Oscar Kales, Claus van der Jagt, Kees Santifort en Jean Paul Speelman. Frank's capaciteiten werden óók buiten het basketbal alom gewaardeerd, waarin hij het schopte tot een hoge positie binnen de directie van IBM Nederland en zelfs bij Ajax enige tijd een hoge managementsfunctie bekleedde.

    De laatste dagen

    In 1971 waren de dagen op het voetbal- en honkbalveld voor Coen Lammerts geteld. Getroffen door een afgescheurde achillespees moest hij stoppen met zowel honkballen als basketballen en nadat hij bij dhr. Harkema, adjunct-directeur Openbare Werken, als laatste nog een nieuw honkbalveld wist los te praten, kon hij twee paar sportschoenen definitief aan de Hoofddorpse wilgen hangen. Voor Coen persoonlijk een klein drama, maar voor het basketballen in Hoofddorp was dit een zege(n), want nu kon hij zich exclusief op deze prachtsport richten. En hoe! Hij coachte in die jaren zowel Heren-1, Heren-2 als Dames-1, waarbij met name het laatste team jarenlang werd mede-gecoached door die ander legendarische naam binnen onze vereniging: Theo de Cock.

    Het hele weekend struinde Coen van de ene sporthal naar de andere gymzaal en vond zélfs nog tijd om zelf ook te basketballen. Omdat er met zoveel herenteams altijd wel één of meer teams thuis moesten spelen, waren de momenten waarop hij niet hoefde te coachen, voor hem een uitstekende gelegenheid om zelf mee te doen met een team. De vraag was alleen, wélk team? Vantevoren was het lastig om aan te geven welk team nét 'vrij' was voor hem om in mee te spelen, dat kon elk weekend een ander team zijn. De oplossing die hij hiervoor bedacht was even simpel als verbluffend: hij vroeg én kreeg speciale toestemming om in álle lagere herenteams mee te doen...

    Terechte iconen

    Je kunt het je als 'BVH-historicus' gemakkelijk maken en de 'zichtbare' iconen van de vereniging benoemen. Als (oud-)lid zeg je dan "oh ja, hij was dat" of "oh ja, zij deed dat". Nog afgezien van het feit dat je andere, minder zichtbare iconen hiermee ernstig tekort doet, doe je de geschiedenis van de vereniging hiermee óók te kort, om maar niet te zeggen: je doet er de geschiedenis van BV Hoofddorp domweg geweld mee aan.

    Annie Lammerts heeft, op het voorzitterschap na, vanaf 1967 werkelijk álle mogelijke bestuursfuncties uitgeoefend die anderen lieten liggen of waar geen anderen voor te vinden (of te porren) waren. Laat dat eens op je inwerken, vooral dat jaartal: vanaf 1967 en laat dan eens het jaartal inwerken waarin deze BVHistorie geschreven is, 2008 en let dan vervolgens vooral eens op het woordje vanaf.

    Ineke Blijleven werd 'pas' zichtbaar in het Bestuur in het jaar 1975, toen zij de Ledenadministratie onder haar hoede nam, maar al vanaf de ETO-dagen was Ineke binnen de vereniging bekend als de aalvlugge handbalster die al snel de stap naar het basketballen maakte. Zijn er leden die niet door haar getraind zijn, zijn er leden die haar niet kennen als oer-bestuurder binnen de vereniging, zijn er uberhaupt leden die haar niet kennen? Voor verreweg de meeste leden geldt drie keer "nee" op deze vragen. En nog steeds traint Ineke en nog steeds waakt Ineke over de Ledenadminstratie, terwijl daar de laatste jaren óók nog eens het vice-voorzitterschap van de vereniging is bijgekomen. Tel daar bij op dat Ineke en Annie tot eind jaren 70 samen óók nog in de Dames-1 selectie speelden onder leiding van coach Ko Alewijn.

    Gijs Oudshoorn, nóg zo'n naam die absoluut een ereplaats in onze vereniging verdient. Ooit, in de begin jaren zeventig begonnen als speler van de basketbal-tak van SV ETO, zag hij een buitengewoon leuk meisje bij de dames basketballers rondlopen, Paula. Het kón niet anders lopen dat zij Paula Oudhoorn ging heten en Gijs en Paula hebben inmiddels drie dochters, waarvan de middelste, Edith, haar basketbalopleiding bij ons heeft genoten. Edith speelt op dit moment (2008) in de MoermanGirls. Gijs zélf is, al tijdens zijn aktieve jaren als speler, gaan fluiten en dat ging hem zó goed af, dat hij het spelen vaarwel zei en steeds hoger op de scheidsrechtersladder klom. Hij fluit op dit moment al weer jaren landelijk, terwijl hij ook nog eens als scheidsrechter bij de Rollers fungeert. Begin jaren negentig is hij ook toegetreden tot het Bestuur in de functie van secretaris, een functie waar hij ruim 10 jaar voortreffelijk uitvoering aan heeft gegeven. Gijs is, tot op de dag van vandaag, nog steeds actief als scheidsrechter en we kunnen hem nog regelmatig tegenkomen in het Spectrum.

    Schoolbasketbal

    Een verdere, grote impuls die in de jaren 70 aan de vereniging werd gegeven, was de in 1977 begonnen organisatie van het Scholenbasketbal-toernooi. Ook hier had Coen in het begin de hand in als adviseur, maar het toernooi werd in alle jaren dat het bestaan heeft, ontegenzeggelijk gedragen doorInge Melchior, die met recht kan worden gezien als de moeder van het Scholenbasketballen in Hoofddorp. In een tijd waar de jeugd nog niet werd afgeleid door MSN, Playstations en wintersport, waren kerstvakanties dé uitgelezen mogelijkheid om deze jeugd naar de zaal te 'lokken' met een toenooi dat de hele week duurde. Dit betekende voor vele honderden leerlingen een eerste kennismaking met basketbal. Aan het scholentoernooi deden in die dagen 'gewoon' 160 ploegen mee uit het basis- en voortgezet onderwijs. Aan deze strijkstok zijn vele van onze latere leden blijven kleven en het aantal nieuwe leden dat deze toernooien hebben opgeleverd, is niet meer te tellen, maar is wel van onschatbare waarde voor onze vereniging gebleken.

    Het technisch beleid

    De jaren 70 werden dus voor een belangrijk deel bepaald door de impulsen die verschillende 'buitenstaanders' en 'insiders' aan de vereniging gaven en daarmee op het juiste moment een kwaliteits-injectie aan een vereniging gaven, die een beetje dreigde in te slapen. Het ledenaantal steeg daarom ook explosief en met maar liefst 11 herenteams en 6 damesteams in die jaren, waren we dan ook veruit de grootste basketbal-vereniging van Nederland. Naast de voorzitter van de vereniging, was in die dagen ook de voorzitter van de Technische Commissie een spil van de vereniging. Het technische beleid dat Coen als voorzitter van de Technische Commissie uitstippelde, klinkt nog steeds door in het hedendaagse (technische) beleid van onze vereniging: selectie van de teams werd, net als nu nog steeds, gedaan op basis van competentie, niet via vriendjespolitiek, spelers werden (en worden) niet betaald en spelers werden niet persoonlijk benaderd om voor Hoofddorp te spelen; ze moesten zélf willen.

    Wie wel werden en nog steeds wórden betaald, weliswaar middels een bescheiden vergoeding, zijn onze trainers. De reden dat dit destijds in gang werd gezet, was tweeledig: ten eerste, was de gedachte van Coen, kon je dan ook wat eisen van de mensen en zijn overtuiging is dan ook nog steeds, dat deze handelswijze mede de basis was van de opkomst van BV Hoofddorp in de basketbalwereld. Ten tweede was het zo, dat de gemeente van de vereniging eiste dat er gediplomeerde trainers in 'hun' sporthallen stonden. Het gebeurde in die tijd nogal eens -niet zozeer bij ons, maar wel degelijk bij andere sportverenigingen- dat ongediplomeerde mensen voor een sportgroep stonden. Door het ontbreken van leidinggevende capaciteiten kon dan vaak geen orde worden gehouden en dit ontaardde dan ook weleens. Pas veel later werd deze werkwijze, het betalen van je (trainings)kader, overgenomen door het voetbal en het honkbal. Ook in dit opzicht is Coen, die zelf overigens altijd pro deo heeft gewerkt, met recht een pionier te noemen.

    Meisjes Pupillen-A Nederlands kampioen

    Dat onze trainers en coaches toen al van hoog niveau waren, werd duidelijk op 15 mei 1976, toen het meisjes pupillen A-team (toen ook 'welpen' genoemd) onverwachts Nederlands kampioen werd. Onverwachts, omdat het team normaal gesproken niet op het Nederlands kampioenschap zou uitkomen. In de competitie werd HOC namelijk districtskampioen met onze meiden als tweede daarachter. Omdat HOC echter afzag van deelname aan het NK, werden de pupillen-meisjes, als tweede in de competitie, naar Werkendam afgevaardigd. Daar moesten de underdogs eerst op 1 mei de halve finale van het NK spelen. De eerste wedstrijd, toen gespeeld in vier perioden van zes minuten, ging tegen gastvrouw Toor Fashion uit Werkendam en werd ruim door BV Hoofddorp gewonnen: 31-8. In het tweede duel moesten de meiden het opnemen tegen de kampioen van Rotterdam, Hoogvliet. Een groot en sterk team, maar ook deze meiden werden door onze welpen opzij gezet: 44-11. Twee weken later, op 15 mei, volgde dan de finale, weer in Werkendam. Dat gebeurde tegen de winnaar van de andere poule, Jolly Jumpers, die twee weken eerder ondermeer concurrent Delta Lloyd uit het NK wipten. De finale werd gespeeld over twee wedstrijden, maar coach Inge Melchior, onder wiens leiding de meiden de finale bereikten, was nét uit het ziekenhuis ontslagen, kon daarom niet mee en dús moest Inge de belangrijkste wedstrijd van het seizoen overlaten aan Simon van der Hoek, toen voorzitter van de Jeugdcommissie. Voor de Hoofddorp-pupillen was zowel de áánwezigheid van mijnheer van der Hoek, als de áfwezigheid van coach Inge, juist een extra stimulans om voor hen beiden het Nederlands kampioenschap binnen te halen en dat gebeurde dan ook! In de eerste wedstrijd kwam Jolly Jumpers nog op voorsprong (8-6), maar na een tactische ingreep van Simon van der Hoek, liepen onze meiden uit naar een knappe 22-13 overwinning. Omdat de tweede wedstrijd pas om drie uur 's middags zou worden gespeeld, leidde Simon de meiden uit de drukke sporthal naar buiten en bereidden de meiden zich, al pootjebadend in de Merwede, voor op het tweede duel. Toen dat begon, durfde coach Simon het aan, om zijn meest ervaren speelsters de eerste twee kwarten aan de kant te houden. Via 2-3 en 9-11 kwamen de Hoofddorpse welpen op een 11-14 achterstand, maar in het derde kwart zette Simon zijn sterkste troefkaarten in en kwam met zijn sterkste opstelling uit. Binnen een paar minuten werd de achterstand op de Jolly Jumpers omgebogen tot een ruime 25-15 voorsprong. De Enschedese meiden kwamen echter weer gevaarlijk terug en wisten de stand tot 27-27 op te trekken. Toen was de koek bij de Twentse ploeg echter op en onze meiden lieten het niet verder komen dan die 27-27. Toen de zoemer ging was het Meisjes Pupillen A-team van BV Hoofddorp ongeslagen Nederlands kampioen! Wie er toen allemaal in dit kampioensteam speelden, kan op deze foto worden gezien!

    Meisjes Kadetten-A Nederlands kampioen

    Met grotendeels dezelfde ploeg meiden die drie jaar eerder met de pupillen Nederlands kampioen werd, was in 1979 hetzelfde succes te melden voor onze Meisjes Kadetten-A. Op 9 juni waren de vijf beste Meisjes Kadetten-teams uit Nederland tesamen in de Kennemersporthal in Haarlem: BV Hoofddorp als kampioen van Rayon Noord-Holland, MSV uit Noordwijk als kampioen van Rayon West, Hatrans Tonego uit Haaksbergen als kampioen van Rayon Oost, Celeritas uit Groningen als kampioen van Rayon Noord en Raak Meubelen uit Boxtel als kampioen van Rayon Zuid. In de eerste wedstrijd, tegen Hatrans Tonego waren het Annette Keur (22) en Francis Wiedijk (10) die in de tweede helft een groot aandeel in de 52-22 overwinning voor zich opeisten en in de tweede wedstrijd, tegen het Brabantse Raak Meubelen vielen wéér Annette Keur (26) en wéér Francis Wiedijk (14) in de dubbele cijfers, hoewel Raak aanzienlijk meer tegenstribbelde: 32-40 voor Hoofddorp. Het zwakke Celeritas werd vervolgens in de derde wedstrijd gebruikt om het doelsaldo eens flink op te vijzelen: 23-70 voor de meiden uit Hoofddorp en ondanks de makkelijke en ruime overwinning, bleek juist déze wedstrijd later de sleutelpartij te zijn geweest. De allesbeslissende wedstrijd werd gespeeld tegen het eveneens met 6 punten uit 3 gespeelde wedstrijden op de gedeelde eerste plaatst staande MSV. Die moesten winnen, want hun doelsaldo was slechter dan de Hoofddorpse meisjes. MSV, dat een jaar eerder de titel bij de Aspiranten voor de neus van Hoofddorp wegkaapte kon tot en met 21-27 in Hoofddorps voordeel prima in bedwang worden gehouden door onze meiden, toen plotseling de zenuwen toesloegen. De ploeg uit Noordwijk kroop punt voor punt weer terug en stond met minder dan 'n minuut te spelen zelfs met 29-32 voor! Voor Hoofddorp leek er weer een tweede plaats in het verschiet te liggen, maar Annette Keur en Marion Bruggeman dachten daar heel anders over. Keur bracht twintig seconden voor tijd de spaaning weer helemaal terug met een mooie score, 31-32, waarna Bruggeman nadat een MSV-speelster een overtreding op haar had gemaakt, twee vrije worpen mocht nemen. Nadat ze de eerste koelbloedig raakschoot, was ons Kadetten-team op doelsaldo Nederlands kampioen! Van deze kampioensploeg is hier de foto te zien!

    De verhuizing

    Hoezeer de vereniging in deze jaren ook groeide, de tijd stond nog steeds stil in de Kennemersporthal. Als op wedstrijddagen alle teams van onze vereniging moesten spelen, toog een grijze Maarssen en Kroon-bus vol Hoofddorpers richting Haarlem om aan het eind van de dag weer rechtsomkeert te maken. Volgens Coen kon, nee: móest dit anders en hij besloot zijn imposante netwerk weer eens aan te spreken voor de vereniging. Hiertoe zette hij twee akties uit: ten eerste stapte hij naar wethouder Beem om in de Mentzhoeve (het tegenwoordige Claus Partyhouse) te mogen spelen en ten tweede kreeg de Dienst Jeugd- en Sportzaken een bezoek van hem. In die tijd waren de plannen plannen gereed om een nieuwe sporthal, de Vespohal, te bouwen voor zowel Hoofddorp als Nieuw Vennep. Zijn gedachte was om die hal, logischerwijze, precies tussen beide plaatsen te gaan bouwen, maar de groep autochtone Nieuw-Vennepers bleek de sterkste lobby binnen het gemeentebestuur te hebben en dus werd de Vespohal in Nieuw Vennep gebouwd. Uiteindelijk konden we tóch in Hoofddorp zelf terecht en in 1976 trok onze vereniging de Fanny Blankers Koenhal in als Basketball Vereniging Hoofddorp. Het vele reizen was eindelijk voorbij en de befaamde Maarssen en Kroon-bus kon definitief de garage in...